n die tijd merkten sommigen op, hoe de tempel daar prijkte met zijn fraaie stenen en wijgeschenken, maar Jezus zei:
&Wat ge daar ziet: er zal een tijd komen, dat er geen steen op de andere gelaten zal worden, alles zal verwoest worden.’
Ze vroegen Hem nu: &Meester, wanneer zal dat dan plaats vinden? En wat zal het teken zijn dat dit gaat gebeuren?’
Maar Hij zei: &Weest op uw hoede, dat gij niet in dwaling gebracht wordt. Want velen zullen optreden in mijn Naam en zeggen: Ik ben het, en: Het ogenblik is nabij. Loopt niet achter hen aan.
En wanneer gij hoort van oorlogen en onlusten, laat u dan niet uit het veld slaan. Dat alles moet wel eerst gebeuren, maar het einde volgt niet terstond.’
Toen sprak Hij tot hen: &Er zal strijd zijn van volk tegen volk en van koninkrijk tegen koninkrijk;
er zullen hevige aardbevingen zijn, en hongersnood en pest, nu hier en dan daar, schrikwekkende dingen en aan de hemel geweldige tekenen.
Maar nog voor dit alles geschiedt, zullen zij u vastgrijpen en vervolgen; zij zullen u overleveren aan de synagogen en gevangen zetten, u voor koningen en stadhouders voeren omwille van mijn Naam.
Het zal voor u uitlopen op een getuigenis.
Welnu, prent het u in, dat gij dan uw verdediging niet moet voorbereiden.
Want Ik zal u een taal en een wijsheid geven,
die geen van uw tegenstanders zal kunnen weerstaan of weerspreken.
Ge zult zelfs door ouders en broers, door bloedverwanten
en vrienden overgeleverd worden en sommigen van u zullen ze ter dood doen brengen.
Ge zult een voorwerp van haat zijn voor allen omwille van mijn Naam;
geen haar van uw hoofd zal verloren gaan.
Door standvastig te zijn zult ge uw leven winnen.