Kopstukken

Rosa de Lima (1586-1617)

e Peruaanse Rosa van Lima was lid van de 'derde orde’ van de dominicanen en was in 1671 de eerste persoon uit de beide Amerika’s die heilig werd verklaard. Nog steeds wordt ze vereerd, onder meer als patrones van Peru en Lima, en sinds 1669 als patrones van Sittard. Een portret door Peter Wols o.p.

Rosa van Lima werd geboren als Isabel de Flores y de Oliva, tussen 20 en 30 april 1586, in de Dominicusstraat in Lima, Peru. Ze was de dochter van Gaspar Flores uit Puerto Rico en Maria de Oliva uit Huáuco, Peru. Bij haar vormsel zag een jongetje haar gezicht bloeien als een roos; vandaar de naam Rosa.

Ze groeide op in welstand maar leidde, tegen de zin van haar moeder die haar graag goed zag trouwen, een streng godsdienstig leven. Tien jaar lang duurde deze strijd met haar moeder. Rosa nam Catharina van Siena als voorbeeld en legde een gelofte af om ongetrouwd te blijven.

Ascese
In 1606, Rosa was twintig jaar, zwichtte haar moeder. Rosa trad toe tot de Derde Orde van Dominicus en is daarmee, net als Catharina, een lekendominicanes. In de tuin de familie bouwde men een huisje waar Rosa zich afzonderde. Ze legde zichzelf zware folteringen op, door veel te bidden en te mediteren, langdurig te vasten en een kroon van dorens te dragen.

Met deze zelfgekozen boetewerken wilde ze God bidden dat de Peruanen zich zouden afkeren van hun afgoden. Haar intentie was ook genoegdoening geven voor de fouten van de zondaars en verlossing van de zielen uit het vagevuur.

Wonderlijk
Ze ging dagelijks naar de kerk Santo Domingo bij het dominicanenklooster Santa Maria del Rosario. Daar woonden ook haar biechtvaders: Juan de Lorenzana o.p. en Pedro de Loayza o.p.

In 1614 namen haar vrienden Gonzalo de la Maza en María Uzátegui haar op in hun huis, waar ze op 24 augustus 1617 overleed, pas 31 jaar oud. Haar begrafenis, natuurlijk vanuit de Santo Domingo, werd door een groot aantal mensen bijgewoond. Na Rosa’s dood vonden er vele wonderlijke gebeurtenissen plaats op haar voorspraak.

Heilig
De Peruaanse dominicaan Antonio Gonsalves de Acuña (1630-1682), professor in de theologie in Lima, ijverde voor haar zaligverklaring, die werd uitgesproken door Paus Clemens IX op 15 april 1668. Hij riep haar uit tot stadspatrones van Lima.
Paus Clemens X benoemde haar tot patrones van Zuid- en Noord-Amerika, India en de Filippijnen, en verklaarde haar heilig op 12 april 1671. Rosa van Lima is de eerste heiligverklaarde vrouw van het westelijk halfrond.

Stadspatrones van Sittard
Toen in 1579 de Spanjaarden Maastricht bezetten vluchtten veel protestanten naar Sittard. De dominicanen werden in 1626 naar Sittard gehaald, om tegenwicht te bieden tegen het nieuwe geloof. Zij bewoonden een huis in de Plakstraat, bouwden later een klooster en de St. Michaelskerk, die nu in het centrum van Sittard staat. Ze zetten er een school op, het ‘Collegium Albertinum’.

In 1669 brak er een dysenterie-epidemie uit onder de bevolking rond Sittard. De stadsbewoners vreesden het ergste en zochten uitkomst. De dominicanen, op de hoogte van de zaligverklaring van Rosa van Lima, stelden het stadsbestuur en de bevolking voor haar uit te roepen tot stadspatrones. Het stadsbestuur ging akkoord en beloofde een kapel te bouwen om haar te eren en jaarlijks een processie te houden.

De Rosakapel bij Sittard.

De epidemie ging aan de stad voorbij en Rosa werd stadspatrones. Op het hoogste punt van Sittard – de Kollenberg – werd een kapel voor haar gebouwd, waar nog ieder jaar een processie heen trekt.

Symbool van antiracisme
In 2007 noemden twee Amerikaanse dominicanessen Rosa van Lima een symbool van antiracisme in de Amerika’s van de zestiende eeuw, omdat ze weigerde in te treden bij een zusterklooster, waar in haar tijd rassendiscriminatie heel gewoon was.

Rosa vond dit ingaan tegen het evangelie. Ze wilde een klooster stichten waar vrouwen van alle rassen en sociale lagen welkom waren, maar ze heeft dit niet kunnen realiseren.